zondag 15 mei 2016

Meneer A



Paul Cliteur op de bres voor de vrijheid van satire, voor de vrijheid van meningsuiting.
Succes verzekerd.
Wie is er nu tegen de vrijheid van meningsuiting?
Wie zou er nu een kanttekening durven maken bij de vrijheid van meningsuiting?
En dan heb ik het hier niet de voor de hand liggende uitzonderingen als laster en eerroof.
Neen.


Menneskene ere dog urimelige. De bruge aldrig de Friheder, de har, men fordre dem, de ikke har; de har Tænkefrihed, de fordre Yttringsfrihed.

Dat schrijft meneer A.
Meneer A schrijft:
"O How unreasonable people are! They never use the freedoms they have but demand those they do not have; they have freedom of thought, they demand freedom of speech."
(Vertaling van Meneer en Mevrouw Hong)

Dat is een merkwaardige zin. Er wordt gesuggereerd dat de mens helemaal geen vrijheid van meningsuiting heeft. Meer nog, er wordt gesuggereerd dat zij die vrijheid van meningsuiting eisen hun vrijheid van denken opgeven.
Dat wordt zelfs niet alleen gesuggereerd, dat wordt boudweg geponeerd.

Nu kan u zich daar natuurlijk met een wegwerpgebaar en een "Het zal me worst wezen wat die meneer A poneert" van af maken.

Anderzijds zou het toch fascinerend zijn om te achterhalen waarom een absolute nitwit als meneer A, tegen alles en iedereen in, dergelijke nonsens zou verkopen.

Waarom is er een absolute tegenstelling tussen de vrijheid van denken en de vrijheid van meningsuiting?
Omdat er een absolute tegenstelling is tussen de "vrijheid van denken" (Tænkefrihed) en "eisen" (fordre)
Omdat er een absolute tegenstelling is tussen "vrijheid" en "eisen".

Misschien "moet" u daar eens over nadenken.

(One must not think slightingly of the paradoxical…for the paradox is the source of the thinker’s passion, and the thinker without a paradox is like a lover without feeling: a paltry mediocrity.)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten