zondag 16 augustus 2020

Madman

 

 Friedrich Nietzsche werd gek.

Dat heb ik altijd een beetje raar gevonden.

In eerste instantie omwille van de zonderlinge timing. Nietzsche schreef zijn laatste boek in de periode oktober-november 1888. In december 1888 corrigeerde hij zelfs nog de drukproeven. Op 3 januari 1889 zou Nietzsche gek worden. Merkwaardige chronologie. Behalve voor diegenen die in het boek zelf reeds de voorbode van de waanzin lezen. Zelf lees ik er geen voorbode van de waanzin in, eerder een ode aan de waanzin.

Het laatste boek van Nietzsche is een bizar boek, het is een autobiografie. In zijn geheel eigen stijl - de eerste hoofdstukken dragen de titel “waarom ik zo wijs ben”, “waarom ik zo knap ben”, "waarom ik zulke goede boeken schrijf” – geeft hij onder andere een overzicht van zijn geschriften. In het licht van de latere gebeurtenissen lijkt het boek een soort testament.

Dat blijkt ook uit een aantal inhoudelijke passages. Uit het woord vooraf bijvoorbeeld. Zo begint het boek: “Met het oog op het feit dat ik de mensheid binnenkort moet confronteren met de zwaarste eis die ooit aan haar gesteld is, lijkt het me beslist noodzakelijk te zeggen wie ik ben."

Het lijkt wel of Nietzsche zijn op til zijnde instorting aanvoelde.

In "La folie de Nietzsche" stelt Georges Bataille dat er verband is tussen het denken van Nietzsche en de geestesziekte, dat het denken van Nietzsche onvermijdelijk moet leiden tot de waanzin. Dat maak ik er althans uit op, het is nogal een vreemde tekst.
Dat kan, geen enkel idee is mij te mal.

En al zeker niet het volstrekt dwaze idee dat Nietzsche zijn waanzin zou veinzen.

Peter Gast (pseudoniem van Johann Heinrich Köselitz), vriend van Nietzsche schreef het volgende:

“He did not look very ill…I believe Nietzsche would be just about as grateful to his rescuers as somebody who has jumped into the water to drown himself and has been pulled out by some fool of a coastguard. I have seen Nietzsche in states in which he seemed – horrible to say – as though he were only pretending to be mad, as though he were glad to have ended this way!” 

Peter Gast, The Madness of Nietzsche by Erich Podach


Franziska Oehler, de moeder van Nietzsche:

“Yesterday the inspector of the sanatorium told me [about Nietzsche], ‘he doesn’t speak two words which make sense,’ and with the doctor and me he does not speak a single confused word. Isn’t that strange?”  

Franziska Oehler, The Madness of Nietzsche by Erich Podach


Franz Overbeck, een andere vriend Nietzsche:

“I have always held that his madness, the inception of which no one witnessed at closer hand than myself, was a catastrophe as sudden as a flash of lightning. It came on between Christmas 1888 and the day of Epiphany [January 3] 1889. Before this…Nietzsche cannot have been mad. Still…I cannot escape the horrible suspicion that arises in me at certain definite periods of observation, or at least at certain moments, namely, that his madness is simulated. This impression can only be explained by the general experiences which I have had of Nietzsche’s self-concealment, of his spiritual masks.”

Franz Overbeck, The Madness of Nietzsche by Erich Podach

Het enige wat ontbreekt is een zotte verklaring voor dit gedrag.

"Der Wille zur Macht" (De wil tot macht) is volgens Nietzsche de drijvende kracht van al wat is.
De zwaarste eis die ooit aan de mens is gesteld, is de ontsnapping aan die wil.
Nietzsche is het levende bewijs van die grote ontsnapping.

"Ik doe hier niet meer aan mee", had misschien ook volstaan.
Maar Nietzsche en de hyperbool, wie kan daar over verbaasd zijn?

 Bron van de citaten: https://academyofideas.com/2021/06/what-happened-to-nietzsche-madness-divine-mania/

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten