zaterdag 28 december 2013

Antoine Destutt de Tracy

Dus het probleem met Jean-Pascal Labille is dat hij ideologisch gehandeld heeft, terwijl hij in het dossier-Johnny Thijs de neutrale wetten van de markt had moeten volgen? Guido Vanheeswijck zet zich af tegen de kreet van Karel Vinck. Het markteconomisch model is niet de enige mogelijke optie, het is óók een ideologie.
Het zou een gedroomde vraag zijn voor het examen filosofie in januari. Waar zit de fout in de volgende, intussen beroemde mail die Karel Vinck, naar aanleiding van het ontslag van Johnny Thijs, naar minister Jean-Pascal Labille stuurde?
‘Ik kan me niet van de indruk ontdoen dat u handelt op ideologische gronden. Dat mag misschien waardevol zijn bij een ziekenfonds, maar dat is het zeker niet bij een bedrijf dat onderworpen is aan de wetten van de markt.
Dit zou het correcte antwoord zijn van een student die het ABC van filosofie kent.
Mijnheer Vinck, u hebt gelijk dat minister Labille een ideologisch standpunt heeft ingenomen. Maar u gaat in de fout als u meent dat uw standpunt geen ideologisch standpunt is. U lijkt ervan uit te gaan dat de wetten van de markt waaraan bedrijven zijn onderworpen (what’s in a word?), eeuwige natuurwetten zijn, eens en voor altijd gebeiteld in de genetische structuur van de mensheid. Maar een beetje kennis van de geschiedenis leert dat die zogenoemde wetten vrij recent van datum zijn, een uitvinding van mensen. En dus ook een ideologie.
Vreemd dat dit nagenoeg altijd wordt vergeten. En die vergetelheid kan gevaarlijk zijn. Ze maakt dat de efficiënte rationaliteit van de markt, gebouwd op een utilitaristisch mensbeeld, gelijkgesteld wordt met dé rationaliteit. De efficiënte rationaliteit van de markt wordt een dogma. Wie rationeel handelt, handelt in die optiek conform de eeuwige regels van de markt. Wie daartegen ingaat, is een ideologische scherpslijper, is irrationeel, een populist, of in het beste geval een wereldvreemde dromer.
Deze dogmatische visie, mijnheer Vinck, voert vandaag de boventoon: doordat haar aanhangers vergeten dat die visie niet meer is dan een bepaalde ideologie gebouwd op een specifiek mensbeeld, maken ze elke kritiek bij voorbaat verdacht en stigmatiseren ze elke vorm van protest als een ideologische kortzichtigheid of als een ketterij tegen de eeuwige leer. Dogmatisme en fundamentalisme zijn van alle tijden: nu eens verschijnen ze als religieus fundamentalisme, dan als laïcistisch fundamentalisme, vandaag als marktfundamentalisme.
Wellicht is er een en ander fout gelopen in de communicatie tussen de regering en mijnheer Thijs. Zoiets is jammer, maar dat lijkt me niet de hoofdzaak van het conflict. In werkelijkheid gaat het tussen u en Labille om een strijd tussen twee ideologieën. En daar is niets mis mee, integendeel. Het is de basis voor democratische besluitvorming. In plaats van het markteconomische model voor te stellen als de enig mogelijke optie (in de bedrijfswereld, de sportwereld, en sinds kort zelfs in de ‘zachte’ sectoren van zorg en onderwijs) en daardoor een eerlijke discussie bij voorbaat in de kiem te smoren, zouden we beter de discussie openlijk voeren over het mensbeeld dat aan deze twee (en andere) ideologieën ten grondslag ligt en vervolgens nagaan welk mensbeeld het sterkst aansluit bij de mensenrechten en bij de eerlijke verdeling van goederen, waarden waaraan zo velen zo graag lippendienst bewijzen.
Maar om dat te doen, zal elke deelnemer aan dit debat afstand moeten nemen van zijn of haar (vaak onbewust) dogmatisme dat echte aandacht voor de kritische opmerkingen van de tegenpartij bij voorbaat in de kiem smoort. Dat is ongetwijfeld een moeilijke opdracht. Maar de zorgvuldigheid van het ethische debat en de verfijning van de democratische besluitvorming zouden ermee gebaat zijn.


Een kerstessay.
Welja vooruit, voor alle mensen van "goede" wil.

Het loondebat als "A Christmas Carol" met Johnny Thijs als "Scrooge" van dienst.
Het debat moet gevoerd worden.
De mantra van de huidige samenleving.

De ene ideologie is beter dan de andere.
Welke de betere ideologie is kunnen we achterhalen door het "denken".

De grondlegger van de ideologie is Antoine Destutt de Tracy.
http://gallica.bnf.fr/ark:/12148/bpt6k41799v
Niet geheel ten onrechte begon Antoine zijn werk "éléments d'idéologie" met de vraag "Qu'est ce que penser?"
Wat is denken?

Antoine maakte onderscheid tussen drie soorten van denken.
Penser c'est sentir un rapport.
Penser c'est sentir un souvenir.
Penser c'est sentir un desir.
Om dan tot het besluit te komen:
Penser,comme vous voyez c'est toujours sentir, et ce n'est rien que sentir.
blz 35

Antoine geeft toe dat het nogal verwarrend is om daar dan twee verschillende woorden voor te gebruiken. Maar uiteindelijk is hij  formeel:
Nous avons vu que nous n'avons plus dans nos têtes que des idées abstraites et géneralisées, et elles n'ont pas d'autre soutien dans notre esprit que le signe qui les représente.
blz 350
Met andere woorden, er is geen realiteit die correspondeert met de idee.

Dat stelt ons logischerwijs voor een probleem.
Ik ben het namelijk volledig eens met Antoine dat het belangrijk is dat woorden duidelijk begrepen worden. Zo zal men in een debat een stelling gaan verdedigen.
De onthutsende vraag is dan "waarmee?"
Het argument van de ideologie naar voor brengen is het openen van de doos van Pandora.
Het debat wordt gereduceerd tot het geven van een mening.
Un sentiment quoi.
Een mening die even veel (of even weinig) waarde heeft als de tegenovergestelde mening.

Uiteraard hoeft u het niet eens te zijn met Antoine.
Met andere woorden, er is een realiteit die correspondeert met de idee.
Maar geef toe, het is nogal verwarrend om dan twee verschillende woorden te gebruiken.
Het marktmechanisme is dan niet een idee maar een realiteit.
Het argument van de ideologie naar voor brengen in het debat is dan precies een dogmatisme in plaats van een nuance. Het marktmechanisme wordt afgedaan als een idee zonder noemenswaardige argumentatie. Het markmechanisme is een idee omdat het een idee is.

"Het onderscheid maken tussen wat dogmatisme is en wat nuance is", is dat een nuance of een dogmatisme?
Gelukkig is het examen pas volgend jaar.
Het examen is altijd pas volgend jaar.
Ik wens u alle "goeds" toe.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten