woensdag 25 april 2012

Wimmeke Tilt

In mijn vrije tijd ben ik een knutselaar.
Zo heb ik mij de afgelopen dagen succesvol ledig gehouden met het ontwikkelen van een fantasietest.
Door deze test is het eenvoudig vast te stellen of een bepaalde persoon al dan niet over fantasie beschikt. Tot de dag van vandaag was dat voor wetenschappelijke onderzoekers nogal natte-vingerwerk bij gebrek aan een objectieve parameter. Vanaf nu is dat voltooid verleden tijd.
De Tilt-test heb ik mijn fantasietest gedoopt, geïnspireerd op "Wimmeke Tilt".

Ik ben niet altijd een knutselaar geweest, in mijn jeugd was ik een fervent sporter.
Met enkele vrienden speelden wij toen vrijwel dagelijks op de flipperkast. Semi-professioneel als het ware. In alle geval meer geld verdiend met de flipperkast dan met het schrijven.
Als er vreemd flippervolk over de vloer kwam in ons sportlokaal, dan hadden wij de gewoonte om dat vreemd volk tijdens de après-flipper tot een weddingschap te verleiden.
"Ne maat van ons lukt het altijd om zijn eerste bal in het gat met de hoogste waarde te leggen".
Dat leek vrijwel onmogelijk en dus werd er meer wel gewed dan niet.
Op dat moment verscheen mijn vriend Wimmeke Tilt op het toneel.
Wimmeke Tilt kon hoegenaamd niet flipperen, maar hij was wel zo sterk als een beer.
Hij tilde de machine gewoon op en liet het gevaarte eenvoudig overhellen zodat het balletje in het gat van zijn keuze rolde.
Meestal werd er onmiddellijk afgedokt, maar als één of andere vermetele het aandurfde om een bezwaar te uiten werd daar korte metten mee gemaakt: "Wij hebben toch helemaal niet beweerd dat hij de bal in het gat zou flipperen?"
Al weet ik tot op de dag van vandaag niet of er dan bakzeil werd gehaald omwille van het argument of omwille van de aanblik van Wimmeke Tilt. Met zijn rood aangelopen gezicht zag hij er nog vervaarlijker uit.

Soit.
De Tilt-test dus.
De Tilt-test bestaat uit één enkele vraag.
"Als u moet kiezen tussen de waarheid of de rede, wat kiest u dan?"
Er zijn drie mogelijke antwoorden:
a. de waarheid
b. de rede
c. tilt.



"Good, he did not have enough imagination to become a mathematician".
—Hilbert's response upon hearing that one of his students had dropped out to study poetry.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten